Herkenbare momenten voor iemand die áltijd honger heeft

Vrije tijd door Sabine

Eten is een primaire levensbehoefte en jij snapt dat als geen ander. Je houdt het niet alleen bij ontbijt, lunch, avondeten en drie snacks tussendoor. Jij schranst zo’n beetje de hele dag door. Jij hebt nu eenmaal áltijd honger.

Hoe je het ook wendt of keert, je lichaam heeft eten nodig. En als we de voedingswebsites mogen geloven, heeft ons vrouwenlichaam zo’n 2000 calorieën per dag nodig (niet 2500 zoals mannen, zo oneerlijk). Maar waarom zo weinig? Jij hebt altijd honger! En deze momenten komen je maar wat bekend voor!

Na het avondeten wil je meteen iets anders eten. Je hartige maaltje moet je wel afwisselen met een zoete snack.


 
Naast het betalen van je huur gaat al je geld zo’n beetje op aan eten. Een warme winterjas is zó overrated. Bovendien houden je vetjes je wel warm. En anders neem je wel een kop warme chocolademelk. Met slagroom uiteraard.

Je bent wat zwaarder dan je eigenlijk wilt. Nou ja, de calorieën waren het waard!
 
’s Ochtends kijk je al uit naar je avondeten. En wanneer je met een knorrende maag naar bed gaat, kijk je al uit naar het ontbijt. Of naar je tripje naar de koelkast over twee uur.
 
Je bezuinigt op je kleding en je telefoonabonnement, maar niet op eten. Jij moet bepaalde merken hebben omdat die veel lekkerder zijn!
 
Je hebt nooit restjes. Je eet je bordje altijd helemaal leeg, want als je het restje zou bewaren, zou het de volgende dag alleen maar je honger aanwakkeren en je geen vullend gevoel geven.

Wanneer jij een dagje weg bent met vriendinnen ben jij altijd degene die voorstelt om wat te gaan eten.



 

En wanneer je op vakantie bent en alleen het ontbijtbuffet inbegrepen is, sneak jij voor twee weken aan broodjes en kuipjes beleg mee in je tas. A girl's gotta eat, right?
 
Het leukste aan stappen vind jij het broodje kebab of de kapsalon met extra knoflooksaus die jullie na het wilde avondje gaan eten.  

Je hebt altijd eten bij je. Koekjes in je tas en zakjes snoep en pepermuntjes in je jaszak. Mocht je bijvoorbeeld vast komen te zitten in de lift, dan overleef je het wel even.  
 
De loempiaman op de markt weet precies wat je alijd bestelt. Waardoor je heel cool kunt zeggen: ‘het gebruikelijke’. 
 
Je zit nooit vol op het moment dat je vriendinnen roepen dat ze ‘zo vol zitten’ en ‘echt niet meer kunnen’.

Je gaat het liefst naar de grotere, iets luxere supermarkten. Niet omdat je zo gehecht bent aan de A-merken, maar omdat er altijd wel wat gratis te eten is.



Jij eet 24/7. In je slaap droom je gewoon verder over culinaire hoogstandjes.
 
Jij wilt alleen naar feestjes als je weet dat er (gratis) eten is.
 
Je vindt dat je na een intense workout wel een patatje mayo hebt verdient. En ach, als je toch al zondigt, kan er ook wel een frikandelletje speciaal bij. En aangezien de kaassoufflés in de aanbieding zijn…
 
Wanneer iemand je vraagt of je iets wilt proeven, zeg je nooit nee!

Welke momenten komen jou maar al te herkenbaar voor?