Dagboekgeheimen

Lifestyle door Redactie Ze.nl

Voor ik het weet blader ik door mijn fotoalbums en gluur ik nieuwsgierig naar de inhoud van elke kartonnen doos die ik eigenlijk naar beneden zou moeten slepen. Zo kom ik geen spat verder, maar leuk is het wel. En dan kom ik mijn dagboeken tegen, het is een hele stapel, want mijn eerste dagboek begon ik op mijn 9e, en ik heb tot mijn 22e trouw dagboek na dagboek gevuld met mijn zielenroerselen. Vergeten is de tijd en de troep, mijn ogen vliegen over de woorden die ik jaren geleden heb opgeschreven en ik lach om het kinderlijke handschrift en de wanhoop die er soms uitspringt.

Mijn grote liefdes en verdriet...
Ik lees over mijn grote onbereikbare liefde die toch naar me keek op school, dat wist ik zeker. Met een dosis voorpret lees ik bladzij na bladzij, waarin ik eeuwigdurend uitwijd over hoe hij naar me keek en hoe ik me daarbij voelde. En dat ik hem was gevolgd op de fiets, helemaal naar zijn huis, zonder dat hij dat in de gaten had. En dat hij in het tussenuur buiten op het schoolplein vlakbij mij op de grasheuvel was gaan zitten. Dat deed hij vast expres, zie je wel, hij móest me wel leuk vinden. En dan het moment dat ik alle moed bij elkaar had geschraapt en op hem af was gestapt, om te vragen of hij me leuk vond. Ik lach om de herinnering en ik zie mezelf nog zo tegenover hem staan. Ik durfde hem bijna niet aan te kijken, en ik had alle bezwaren over boord gegooid en dus ook maar voor lief genomen dat zijn halve klas om ons heen stond. Ik weet niet wie zich het meeste schaamde, hij of ik. Maar goed, hij vond me wel oké. Dichter bij hem dan ik op dat moment stond ben ik nooit geweest, het is nooit iets geworden. Ergens aan het eind van het dagboek lees ik over mijn jaloezie, omdat hij verkering had met "die stomme trut met haar achterlijke hondenhaar". Ik heb haar nog een keer een bal tegen haar neus geschopt in de gymzaal, net goed.

In een ander dagboek lees ik over mijn eerste echte liefde en verdriet, twijfelbuien en lachbuien, en mijn ode aan mezelf toen 'het' precies een jaar uit was. "Have a break, have a whole year" heb ik met koeienletters bovenaan de bladzijde geschreven, waarna ik uitwijd over de gesprekken die we samen steeds voerden, is het nou aan of is het nou uit. En dat ik hem op de man af heb gezegd "dat 'ie eens in hele zinnen uit moest leggen wat hij voelde en wou, van hoofdletter tot punt", met als resultaat dat hij me weer verkering vroeg. De volgeschreven bladzijden die daarop volgen, zijn bezaait met hartjes en "I LOVE YOU"-kreten, tot uiteindelijk de kreten van mijn wederom gebroken hart met zwarte lijnen zijn onderstreept. Het was weer uit.

Grappige herinneringen
Ik kom pagina's vol met songteksten van Madonna tegen, waar ik kaarten en plaatjes uit de Hitkrant bij heb geplakt. Ik lees grappige gedichtjes, regels voor spieken en allemaal onzinkreten. Ik lach om tekeningen die ik heb gemaakt van klasgenoten, die zo typerend zijn dat ik ze nog steeds direct herken. Sommige tekeningen zijn mislukt en daar heb ik als onderschrift "misbouwd" bij vermeld. Ik beschrijf uitvoerig mijn ruzie met ML op wie ik ook heimelijk verliefd was (als JP me niet zag staan), en hoe wij na een vage ruzie elkaars kluisjes onderkalkten met "stom kutwijf" en "lul met kromme poten". Maar het allerleukste vind ik toch mijn allereerste dagboek uit 1984. Hoe simpel was mijn leven toen, want ik schrijf over een kerststukje dat ik ga maken op de kinderboerderij en dat ik niet kan kiezen tussen een rode of een witte kaars. En dat ik zin had in Oud & Nieuw, omdat ik trek had in oliebollen.

Opruimen in mijn hoofd
Ik weet niet hoe lang ik zo heb zitten lezen, in kleermakerzit op de grond midden tussen mijn dagboeken en poëziealbums. De herinneringen spelen door mijn hoofd als een losgeslagen film, en ik reis door de tijd met gemengde gevoelens van plezier en verdriet. Ik heb van alles herbeleefd, alsof ik met mezelf over mijn schouder heb meegekeken, in vogelvlucht door mijn leven. Mijn jeugd, mijn liefdes, malle fratsen op school, vakanties, de scheiding van mijn ouders, emoties en spanningen, veranderingen en vernieuwingen, alles komt voorbij. En dan vind ik het ineens genoeg. Ik sta op, ruim alles weer op en ik ga verder met het leeghalen van de zolder. Het is wel grappig, bedenk ik me dan, dat het opruimen van de zolder soms ook letterlijk opruimen in je hoofd kan betekenen. Laat die dakkapel nu maar komen, het is tijd voor een frisse wind die er doorheen blaast.