Het leed dat fietsen in Amsterdam heet: de 5 grootste fietsperikelen

Vrije tijd door Kimberly

Sinds pak 'm beet twee jaar woon ik in 's Neerlands hoofdstad. Leuk, dat zeker. Maar dat fíétsen. Nee jongens en meisjes, dat ging niet vanzelf. Voor iedereen die weleens een fietstochtje in Mokum maakt: dit is herkenbaar much.

Ongeveer twee jaar geleden had ik dus mijn fietsontgroening in Amsterdam. Vlekkeloos? Niet bepaald. Het scheelde niet veel of ik lag bij de eerste de beste bocht in de gracht. Bij dezen: een korte doch krachtige samenvatting van het Amsterdamse fietsleven.

Noot voor de groentjes: de volgende synopsis is ook prima geschikt als handleiding.  

Snel, sneller, snelst

Het toppunt van gevaarte? De fietsende Hollander. En dan met name in Amsterdam. In Amsterdam fietst iedereen, altijd en overal. Door groen, door rood, op de stoep, naast de stoep, met het verkeer mee of tegen het verkeer in. Maar bovenal rijdt men snél. En met snel bedoelen we gerust een kilometertje of veertig per uur. Over inhalen wordt overigens ook niet moeilijk gedaan. Echt, de Tour de France is er niks bij.



De tramrail

Lord o lord. Ieder wiens Gazelle weleens tussen de tramrail heeft gezeten, weet waar ik het over heb. Picture this: je fietst, nietsvermoedend, richting werk. Met een brandend zonnetje op je gezicht fluit je mee met de beats in je oren. En dan gebeurt het: je wilt, iéts te parallel, met je stalen ros de rails over. And thát's where it went wrong. Met een hartverzakking van hier tot Tokyo en een paniekhoofd dat zelfs Jochem Myjer niet kan trekken, maak jij de sliding van je leven. Een blamage kan ik je vertellen. Vooral hartje zomer. Met 80 bomvolle terrassen. En zo’n 903 toeschouwers.

Bloed, ZWEET en tranen
Nee, ik ben geen fitgirl. Sporten is gewoon niet echt my cup of tea. Maar hé, ik fíéts door Amsterdam. En dat mag ik echt wel in de categorie ‘sport’ knallen. Enig idee hoe zwaar het is om met jouw omafietsje een gracht te beklimmen? Of om 87 toeristen per minuut te moeten slalommen? Juist. Zwaar. Voordat jij jouw kantoor fris en fruitig kan binnentrappelen heb jij eerst een afkoelkwartier nodig  – dat je uiteraard al hebt ingepland. 



Parkeerplaats  

Dacht je dat het moeilijk was jouw waggie ergens in A’dam te parkeren, dan heb je nog nooit jouw fiets ergens proberen te stallen. Sowieso heb je nog nooit in de buurt van jouw osso geparkeerd. Zo sta ik er ook niet gek van te kijken dat je minimaal vijf grachten moet oversteken voordat je een geschikt plekje voor jouw Batavus vindt. Trouwens, ooit die berg met fietsen gespot op Centraal Station? Mocht je ooit denken dat je daar 'dus ééééécht niet gaat parkeren', jij zeult vervolgens toch echt wel jouw tweewieler die Mount Everest op. Been there, done that. 

Das pech, fiets weg
Ja, en dan komen we bij het laatste, misschien wel meest pijnlijkste punt. Het maakt niet uit met hoe veel kettingsloten jij jouw fiets verzekerd, als je pech hebt is-ie ongeveer twee uur na stalling pleite. Ja en dan? Dan koop je bij Dakloze Danny een ‘second handje’ van 20 euri. Zonder slot, zonder rem, met ongeveer drie spaken, maar goed, twee tientjes, who cares? Bovendien wordt-ie toch weer binnen de kortste keren gejat.

Je bent gewaarschuwd. 

Wat is jouw grootste fietsperikel in Amsterdam?