In gesprek met Simone van der Vlugt

Vrije tijd door Redactie Ze.nl
Waar haal jij je inspiratie vandaan?

Dat is eigenlijk voor ieder boek anders. Bij Blauw Water kreeg ik die inspiratie rechtstreeks van de journaalberichten over ontsnapte tbs'ers. Maar ik kan net zo goed geïnspireerd raken door een film die ik heb gezien, of door een vakantie die ik heb gehad. Als schrijver heb je eigenlijk altijd een antenne uitstaan, waarmee je altijd op zoek bent naar onderwerpen. Afgelopen zondag bijvoorbeeld, was ik met de visite aan het praten op de verjaardag van mijn dochter. Door iets wat ze zeiden dacht ik: dát zou een goede thriller kunnen zijn. Nee, daar kan ik verder nog niets over zeggen, het staat nog in de kinderschoenen. En ideeën sneuvelen ook vaak, omdat ze bijvoorbeeld te ingewikkeld zijn.

Je schrijft niet alleen thrillers voor volwassenen, maar ook jeugdromans. Wat vind je leuker?

Dat vind ik altijd een vervelende vraag. Als je voor één van de twee kiest, is het net of je het andere dan niet leuk vindt. Maar vooruit, in boeken voor volwassenen kan ik het meest van mezelf kwijt. Als ik echt moet kiezen, kies ik daarvoor. Maar ik ben ook nog steeds druk bezig met jeugdboeken. In september is m'n laatste jeugdboek uitgekomen (Schuld, red.) en in april komt een nieuw boek uit met dezelfde hoofdpersoon, een meisje dat paranormaal begaafd is. Mijn jeugdboeken worden heel goed gelezen en dat is ook ontzettend leuk.

Wat trekt je zo aan in het schrijven van thrillers?

Om te beginnen de spanning. Dat het niet alleen maar een kabbelend verhaal is. Je kunt er vaart in verwerken en onverwachte gebeurtenissen, waardoor het spannend wordt. Bovendien vind ik het een uitdaging om mijn lezers op een dwaalspoor te brengen. En je gaat nadenken over je eigen angsten. Wat vind ik nu eng? Wat zou ik doen in zo'n situatie?

Verwerk je je grootste angsten in je boeken?

Nou ja, niet mijn grootste angsten. Dat vind ik ook weer zo zwaar. Maar ik probeer het wel dicht bij mezelf te houden. Ik hou er bijvoorbeeld niet van om 's nachts een parkeergarage in te rijden, en als ik langs het water rijd ben ik me daar de hele tijd van bewust. Vooral als ik bij anderen achterin zit, terwijl de deur op het kinderslot zit. Of als er zelfs helemaal geen deuren achterin zitten. Dat vind ik echt traumatisch, verschrikkelijk. En vroeger, als ik met mijn kinderen de stad in ging, parkeerde ik de buggy altijd recht onder het noodluik. Dat heb ik nu maar van me afgeschreven. In zekere zin is het dan toch een beetje therapeutisch. Je hebt het gevoel dat je boven die angst komt te staan. Die domme hoofdpersoon doet alles fout, maar ik weet nu wel wat ik moet doen als het me gebeurt. Dat geeft een soort veilig gevoel.

Je hebt een idee voor een boek, en dan? Hoe gaat het schrijfproces in z'n werk?

In eerste instantie doe ik helemaal niets met zo'n idee. Dat idee van die verjaardag bijvoorbeeld, daar heb ik nu helemaal geen tijd voor. Meestal ga ik eerst uitgebreid research doen, me inlezen op internet en een bezoek brengen aan de plaats waar het zich afspeelt. Dan schrijf ik me in voor een rondleiding en dan ga ik nadenken. Hoe pas ik dit in m'n boek? Hoe kan ik dit gebruiken? Dan krijgt het langzaam maar zeker meer vorm.

Hoe lang doe je gemiddeld over het schrijven van een boek?

Dat verschilt per boek. Maar over de eerste versie doe ik meestal een half jaar. Blauw Water was toen ook meteen klaar. Bij mijn andere boeken heb ik veel moeten herschrijven. Dan ben je er zo een jaar mee kwijt.

Wat is typerend voor jouw schrijfstijl?

Ik denk dat ik goed in de huid van mijn hoofdpersonen kruip. Ik schrijf vanuit mijn eigen emoties en gevoelens. Het is herkenbaar voor de lezers, toepasbaar in de wereld waarin ze leven. Ik zou bijvoorbeeld nooit een willekeurige stad beschrijven, maar altijd een bestaande, waarbij alles klopt, tot de horeca aan toe. Je kunt bij wijze van spreken het café uit het boek bezoeken, en dan klopt de menukaart. Ik hou van die gedetailleerdheid. En het is natuurlijk een goed excuus om overal uit eten te gaan! Verder is mijn schrijfstijl een persoonlijke vingerafdruk. Vrienden en familie zeggen vaak dat ze mij er echt in herkennen. "Sommige dingen hóór ik je echt zeggen", zeggen ze dan tegen me. Ik wil dan altijd weten wat precies, want zelf heb je dat niet door.

In je nieuwe roman 'Blauw Water' schrijf je over moeder Lisa en journaliste Senta. Met welke van deze twee hoofdpersonen kun je je het beste identificeren?

Ze hebben allebei stukjes van mij. Het blijven natuurlijk verzonnen personages, maar ik stop er wel bepaalde facetten van mezelf in. Mijn kinderen hadden bijvoorbeeld ook astmatische bronchitis, dat zie je dan terug in de dochter van Lisa.

Zou je je boeken graag verfilmd willen zien?

Ja, op zich wel. Maar weet je wat het is? Die vraag wordt zo vaak gesteld; net alsof dat het hoogst haalbare is. Alsof schrijven alleen niet genoeg is. Ik zou een perfect gelukkig leven hebben als mijn boeken niet verfilmd worden. Ik heb net te horen gekregen dat De Reünie in het Spaans vertaald wordt en dat vind ik persoonlijk veel mooier, dat mijn boeken de hele wereld over gaan. Ik zou het natuurlijk een eer vinden als er een mooi script gemaakt kan worden van één van mijn boeken, maar dan is het niet meer helemaal van mij. In het ergste geval wordt het totaal veranderd, en dat zou ik echt niet zo leuk vinden.

Heb je nog dromen op schrijfgebied?

Dromen, dromen... Natuurlijk, er zijn altijd kleine dingetjes. Zo zou ik nog wel een keer op één willen staan in de bestseller 60 (Een paar uur na ons interview mailt Simone me dat die wens inmiddels is uitgekomen. Blauw Water is deze week het bestverkochte boek in Nederland!). En prijzen winnen is altijd een eer. Maar de echte dromen die ik had, heb ik voor mezelf al behaald. Dat ik überhaupt schrijfster ben geworden is al een droom, die uiteindelijk uitkwam met het schrijven van jeugdromans. Toen ik op een bepaald moment heel graag de overstap wilde maken naar het schrijven voor volwassenen, is ook dat me gelukt. Bij de uitgeverij van mijn keuze zelfs, Anthos. Verder hoopte ik natuurlijk dat mijn boeken succesvol zouden worden en ook die droom is uitgekomen. Ik heb mijn doelstellingen dus wel bereikt. Er is een verschil tussen dromen hebben en ontevreden zijn als die dromen niet uitkomen. Op een gegeven moment moet je ook uitgedroomd zijn en tevreden zijn met wat je hebt. Ik ben nu gewoon gelukkig met wat ik heb bereikt.

Kun je al iets zeggen over het boek dat je nu aan het schrijven bent?

Alleen dat het zich in Leiden afspeelt...


Blauw water
Simone van der Vlugt

220 bladzijden
Uitgeverij Anthos
ISBN10: 9041410902 | ISBN13: 9789041410900